Meindert de Vries neemt na 30 jaar afscheid bij Visio als revalidatieoogarts voor kinderen. Zijn opvolgster is Arlette van Sorge. Een mooi moment voor een dubbelgesprek over het belang van heldere uitleg, werken als verbindingspersoon en de toegenomen waardering voor hun vak. Van Sorge is deze week ook aanwezig op het Nederlands Oogheelkundig Congres (NOG) in Groningen.
“Het grote verschil met een reguliere oogarts is dat wij verbindingsfiguur zijn tussen drie partijen: de cliënt, het medisch domein en de revalidatie-instelling”, zegt Meindert de Vries, revalidatieoogarts voor kinderen bij Visio in Amsterdam. Met de cliënt bedoelt hij zeker niet alleen de slechtziende of blinde persoon zelf: "Zeker bij kinderen, maar ook bij volwassenen, gaat het ook om de gezinsleden en sociale context.”
Medische kennis vertalen en uitleg geven
Het tweede domein omvat alle artsen en paramedici rond de cliënt. Denk daarbij aan oog- en kinderartsen, psychologen en fysiotherapeuten. De Vries: “Hun medische kennis is nodig voor een goed revalidatieproces. De revalidatieoogarts is degene die deze kennis kan vertalen naar het derde domein: de revalidatiemedewerkers. Zij moeten begrijpen wat er precies aan de hand is met de cliënt. Het ene kind met visus 0,1 kan meer dan het andere. Ook tegenover cliënten is uitleg ontzettend belangrijk. Als de cliënt de situatie onvoldoende begrijpt, loopt het niet. Het is belangrijk ouders uit te leggen wat er precies aan de hand is en waarom een wondertherapie in het buitenland hun kind niet kan genezen. Pas als zij accepteren dat het iets is waarmee ze verder moeten, ga je kijken hoe je het kunt kind stimuleren en ervoor zorgen dat het een plek in de wereld verovert.”
Verwachtingen
Ook over de behandeling in het ziekenhuis leven vaak vragen, vertelt zijn collega en opvolgster Arlette van Sorge. Zij ziet zowel volwassenen met niet-aangeboren hersenletsel als kinderen.
Van Sorge: "Mensen hebben vaak veel vragen over de aandoening en over het beloop. Wij nemen dan de hele voorgeschiedenis door en kunnen precies vertellen wat er allemaal is gebeurd rond het oog.”
De Vries: “Het bijzondere wat wij hebben, is tijd. Wij mogen langer met de patiënt zitten dan eenoogarts in het ziekenhuis.”
Meteen revalideren
De twee revalidatieoogartsen roepen hun ziekenhuiscollega’s op snel te verwijzen bij jonge kinderen van wie de visuele ontwikkeling niet goed verloopt.
Van Sorge: “Ook als de precieze diagnose nog niet duidelijk is, wil je zo snel mogelijk beginnen met revalidatie. Die twee trajecten kunnen goed parallel lopen.”
De Vries: “Een kind dat slecht ziet, loopt achter in ontwikkeling en moet andere input krijgen. Een voorbeeld: spreken leer je onder meer door mensen te zien praten. Als een kind geen lipbewegingen ziet, leren wij ouders het kind aan hun lippen te laten voelen terwijl zij praten. Dan begrijpt het kind: praten doe je met je mond.”
Ouder-kind-binding
Ook voor de binding tussen ouder en kind is vroegtijdige hulp cruciaal.
De Vries: “Met een zeer slechtziend kind maak je moeilijk oogcontact. Terwijl dat zo belangrijk is voor de binding. We adviseren ouders bijvoorbeeld met het kind in een schemerige ruimte te zitten met een lamp gericht op hun gezicht. Als de achtergrond onzichtbaar is, ziet het kind veel makkelijker hun gezicht en leg je makkelijker contact. Daardoor worden bij het kind nieuwe neuronale circuits aangelegd.”
Van Sorge: “Door visuele stimulatie kunnen kinderen sprongetjes maken in hun ontwikkeling. Wij zoeken steeds naar de juiste stimulus voor het kind. Is een goede contrasterende lamp nodig, of juist fijne lampjes? Wat spreekt dit kind aan?”
Interesse in revalidatie
Van Sorge werkte tot voor kort parttime bij Visio en bij het ziekenhuis als oogarts en kinderoogarts. Nu ze fulltime bij Visio werkt, blijft zij de verbinding zoeken met oogartsen in het ziekenhuis.
Van Sorge: “Ik vind het belangrijk dat het medische gedeelte heel goed parallel loopt met de revalidatie. Als ik veranderingen zie, neem ik contact op. Ik zie dat oogartsen steeds meer interesse krijgen in revalidatie. Vorig jaar heb ik voor het eerst samen met Bartiméus onderwijs verzorgd voor drie opleidingscentra. Ik hoor veel positieve reacties. Dit jaar komt weer een vervolg van dit onderwijs voor meer opleidingscentra.”
Samen optrekken
De Vries heeft de waardering voor revalidatieoogheelkunde sterk zien veranderen in de loop der jaren.De Vries: “Toen ik begon, werd je als revalidatieoogarts niet voor vol aangezien door oogartsen in het ziekenhuis. Nu is ons vak veel meer uitgekristalliseerd. Revalidatie-instellingen worden gevisiteerd door het Nederlands Oogheelkundig Gezelschap. We trekken tegenwoordig echt samen op."
Van Sorge: “Meindert de Vries heeft een enorme rol gespeeld in die ontwikkeling. Hij is een van degenen die de revalidatieoogheelkunde op poten heeft gezet vanaf de jaren negentig. De dingen die ik weet, heb ik van hem geleerd.”